Ik moffelde het ziektebriefje in een schuif. Drie maanden rust? Dat dacht ik niet. Als ik het negeerde, ging het vast vanzelf weer over. De volgende ochtend verscheen ik dus gewoon op het werk. Maar tegen de middag stuurden mijn ‘bazen’, Peter Bossaert en Erwin Deckers, me alweer naar huis. Om tot rust te komen en te herbronnen. En dat was nodig. Omdat er wél iets aan de hand was.
Al jaren had ik vervelende nek- en rugklachten gesust met een snelle pijnstiller. Slaapproblemen weggewuifd tot zelfs na een akelige hyperventilatieaanval, zag ik het niet in. Dat ik op was. Dat ik te lang te veel van mijn lijf & mijn hoofd had gevraagd. En dat ik me best ongelukkig voelde in mijn toenmalige job.
Dat was dan ook niet makkelijk om onder ogen te zien. Ik wás mijn job. Geen berg te hoog, geen werkdag ooit te lang. Als commercieel directeur radio smeet ik mezelf 14 jaar elk uur met evenveel passie. Altijd druk, akkoord, maar ook altijd gelukkig.
Tijdens mijn 15de jaar bij Medialaan kwam dan de vraag. Of ik directeur radio wilde worden? Verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding over Qmusic en Joe. Het was het soort aanbod dat je niet afslaat. Een immense blijk van vertrouwen, een eer en een mooie pluim voor dat harde, gepassioneerde werk.
Ik sprong, maar ik ben nooit helemaal geland. Directeur radio bij Medialaan? Het is een hele mooie job. Alleen: het was niet de mijne. En mijn lichaam deed vanaf dag één aardig z’n best om me dat duidelijk te maken. Ik moest enkel nog leren luisteren.
En kijk: na mijn eerste maand breinrust wist ik het al. Dat ik wél heel graag terug wilde naar Medialaan maar niet naar mijn directiefunctie bij de radio. Maar ik kwam wel met een plan: een verhaal waarin ik rotsvast geloofde voor mezelf én voor Medialaan.
Een wellbeing-beleid voor de werkvloer uitwerken. En zo zorgen voor extra gemotiveerde, gezonde én gelukkige collega’s. Voorzichtig polste ik bij Peter en Erwin. Nog voor ik goed en wel al mijn plannen op tafel kon leggen, kreeg ik van hen een overtuigde ‘ja’. En het vertrouwen om, samen met de collega’s van HR, een welzijnsplan op maat van ons bedrijf uit te werken.
‘Director Wellbeing’, het is een job die ik zelf uitvond, simpelweg omdat het nodig was. Waarom? Enerzijds kan geen enkel modern bedrijf nog zonder zo’n welzijnsbeleid. De werkdruk is hoog en tegelijk vinden we, doordat we voortdurend digitaal verbonden zijn, nog maar moeilijk een manier om ons brein wat rust te gunnen. Echte, kwalitatieve rust dus. Weg van werk, stress en smartphones. Anderzijds heeft een bedrijf als Medialaan misschien nog nét dat ietsje meer nood aan zo’n wellbeing-filosofie. Medialaan verkoopt immers geen producten uit de fabriek. Alles wat wij ons publiek elke dag opnieuw brengen, wordt bedacht en gemaakt door mensen. Dj’s, nieuwslezers, journalisten, marketeers, cameraploegen … Onze collega’s zijn ons grootste kapitaal. En daar zijn we hen maar al te dankbaar voor.
Alleen: in de drukke, dagelijkse flow van een bedrijf als het onze, sta je daar soms te weinig bij stil. Ja, we verwennen onze mensen al jarenlang met leuke personeelsfeesten. En met kilo’s gratis fruit, elke dag. Of lekkere, verse soep. Maar een goed welzijnsbeleid gaat verder. Het gaat over oprecht gelukkige medewerkers die met passie het beste van zichzelf geven, die geïnspireerd en creatief zijn. En over teamleiders die inspirerende coaches zijn, in de plaats van controlerende bazen. Het gaat over samen grenzen verleggen.
Ik wil dan ook resoluut gaan voor wat ik de ‘5G’s’ noem: gelukkige, gezonde, gemotiveerde, getalenteerde en geïnformeerde collega’s. Want willen wij bij Medialaan vandaag al het talent dat we in huis hebben, laten groeien en daarbovenop nog meer inspirerende mensen verwelkomen? Dan moeten we bewust aandacht voor hen hebben. Niet alleen voor hun prestaties, maar ook voor hun mentale en fysieke gezondheid. Hun geluksgevoel op het werk. En dat kunnen we enkel en alleen als we hen de fundamenten voor een gezonde work-life balance aanreiken. Door een omgeving te creëren waar werken fijn en makkelijk is, door flexibele werktijden, door onze mensen los te durven laten, opdat ze zich optimaal kunnen ontplooien. Opdat ze elke dag ‘vol goesting’ richting Medialaan rijden (of fietsen!) en ’s avonds weer met een fijn gevoel huiswaarts keren.